De docenten van ROVC spreken de taal van onze medewerkers
Internationaal azijnproducent Burg liet haar medewerkers van de technische dienst, blazerij en spuitgieterij bijscholen via een opleiding op maat. Doel van het incompanytraject: storingen in de productielijn eerder ontdekken, analyseren en oplossen. De eerste effecten zijn zichtbaar. “Het rendement is hoger en ook de wisselwerking tussen onze ploegleiders en TD’ers is verbeterd.”
Martin van den Booren, Bedrijfsleider bij Burg BV
Martin van den Booren, bedrijfsleider bij Burg BV, was al enige tijd op zoek naar een technisch opleider. “ROVC staat goed aangeschreven in de markt en was voor ons dan ook een logische keuze. Hun organisatie is helemaal ingericht op het bijscholen van technisch personeel. Een goed voorbeeld is hun practicum op locatie. Ze rijden een vrachtwagen voor, laden de spullen uit en in een mum van tijd richten ze hier een compleet practicumlokaal in. Dat is een grote pre. Er staat een solide organisatie achter en je kunt ook altijd terugvallen op hun eigen TechCenter in Ede.”
Twee niveaus
Van september 2011 tot en met december 2012 volgden Achttien Burg-medewerkers om de week een technisch maattraject in de azijnfabriek in Heerhugowaard. De deelnemers (uit Nederland en België) werden opgesplitst in twee verschillende niveaus. Bij niveau 1 en 2 (voornamelijk medewerkers van de blazerij en spuitgieterij) lag de nadruk op het constateren van potentiële storingen en gebreken, zodat ze kunnen voorkomen dat de productie stil komt te liggen. De TD’ers (niveau 2 en 3) leerden op een gestructureerde manier storingen zoeken, analyseren en zelfstandig oplossen. Van den Booren: “De technische bagage van onze medewerkers varieert uiteraard sterk. De TD-medewerkers zijn technisch beter onderlegd dan de operators of ploegleiders. Doordat ROVC vooraf een basismeting uitvoerde, konden we elke deelnemer in de juiste groep indelen.”
Eerst analyseren, dan oplossen
Van den Booren licht het doel van het opleidingstraject toe: “We wilden ons complete team naar een hoger plan tillen. De techniek in onze afvulmachines wordt steeds ingewikkelder. Zelfs aan een simpele vuller hangen tegenwoordig complete computerschermen. Een deel van onze apparatuur wordt elders gemonitord en veel storingen worden op afstand opgelost. Dat maakt ons afhankelijker van leveranciers en onderhoudsbedrijven. Kleine problemen, zoals een sensortje dat scheef hangt, moeten onze medewerkers zelf kunnen verhelpen. Maar ze hoeven lang niet alles zelf te kunnen. Dat betekent dat we ze ook op een andere manier moeten gaan scholen. Het belangrijkste is dat onze medewerkers een probleem goed kunnen analyseren en nauwkeurig kunnen benoemen. Stel dat de vuller raar doet. Wat gaat er dan precies verkeerd? Vult hij niet genoeg af? Of vult hij juist te veel af? Of is er iets anders aan de hand? Zo ja, wat? Een goede, gedetailleerde beschrijving van de storing is cruciaal, zowel vanuit onze ploegleiders naar de technische dienst als van onze technische dienst richting onze leveranciers.”
Burg BV
Ruim zestig jaar geleden nam Cees Bakker een kleine azijn- en mosterdfabriek in Alkmaar over. De dagproductie varieerde destijds van 200 tot 400 eenheden. Inmiddels is het familiebedrijf uitgegroeid tot een internationaal producent van azijn, spijsolie en limonadesiroop. En ook non-foodproducten (reinigingsmiddelen en automotive-producten) maken tegenwoordig deel uit van het assortiment. Burg Groep heeft vestigingen in Heerhugowaard, Ter Aar, Nieuw-Vennep en Klundert. Daarnaast heeft Burg fabrieken in België, Duitsland, Frankrijk en Tsjechië.
Hoger rendement
De eerste resultaten zijn zichtbaar in de staten, vertelt Van den Booren. “Ons rendement is enkele procenten omhooggegaan. Dat is mede te danken aan onze nieuwe machines, die betrouwbaarder zijn. Maar ook deze training heeft een rol gespeeld. De interactie tussen onze ploegleiders en TD’ers is verbeterd. Medewerkers hebben meer basiskennis en vragen beter door bij kleine storingen. Ze gaan niet blind aan de gang, maar zorgen eerst dat duidelijk is waar de kern van het probleem ligt. Kortom, er zit structuur in.”
Eigen accenten
Van den Booren: “Het succes van een cursus staat of valt met de inbreng van de docent. Je zou verwachten dat deze cursus voor veel TD’ers een ‘opfriscursus’ was op het gebied van hydrauliek, pneumatiek en elektrotechniek. Maar de docent kwam ook regelmatig met nieuwe inzichten. Dat is het voordeel van de docenten van ROVC: ze komen zelf uit het vak en lopen nog regelmatig mee. Ze spreken de taal van onze mensen en verliezen de praktijk nooit uit het oog. Daarom vonden we het ook prettig dat de trainingen bij ons ‘in huis’ plaatsvonden. Er was veel ruimte om eigen accenten te leggen en de theorie meteen toe te passen op onze eigen afvullijnen. Techneuten zijn doeners. Gelukkig werd de cursus nooit saai. De enige valkuil van een incompanytraject is dat medewerkers sneller uit de cursus worden getrokken voor een vraag op de werkvloer. Gelukkig konden we dat samen met de docent goed ondervangen.”
Breed inzetbaar
Het intern opleiden van personeel biedt ook bij Burg uitkomst. “Goed technisch personeel is lastig te werven, ook voor ons. Daarom is het fijn dat we kunnen terugvallen op dit soort ROVC-cursussen. Op deze manier kunnen we gericht onze eigen mensen opleiden, zodat ze breed inzetbaar worden. Het volgende initiatief is een traject om onze operators de stap naar technisch operators te laten zetten.”